Goede, betaalbare kinderopvang krijgt vorm in 2023

In 2023 zijn de plannen van het kabinet om vrijwel gratis kinderopvang te realiseren verder uitgewerkt. Zodra meer details bekend zijn, is dat hier te lezen.

Vanaf 1 januari 2023 verandert er iets. De koppeling met de gewerkte uren vervalt. Dat betekent dat wanneer beide ouders werken, de Belastingdienst kijkt naar het aantal maanden dat de minstwerkende ouder werkt. Ook al is dat maar 1 uur per maand. Over dat aantal maanden kunnen ouders vanaf 1 januari 2023 kinderopvangtoeslag aanvragen. Maximaal 230 per uur per maand (dus maximaal 12 x 230 = 2.760 uren per jaar).

Wat onveranderd blijft is dat de hoogte van het gezamenlijke inkomen bepalend blijft voor het percentage dat de Belastingdienst d.m.v. de kinderopvangtoeslag vergoedt.

Hieronder lees je wat je dit jaar (2023) moet weten of al kunt doen als je ouder of kinderopvangorganisatie bent.

Informatie voor ouders

Wat gaat er veranderen in 2023?

De hoogte van de kinderopvangtoeslag is met ingang van 2023 niet meer afhankelijk van het aantal gewerkte uren van ouders.

Tot nu toe is de hoogte van kinderopvangtoeslag mede afhankelijk van het aantal uren van de ouder die het minst werkt. Deze ‘koppeling aan de gewerkte uren’ is voorveel ouders een ingewikkelde voorwaarde. Doordat deze voorwaarde vervalt hoeven ouders met bijvoorbeeld onregelmatige werktijden nu niet meer in te schatten hoeveel uren per maand de minst werkende ouder werkt en dit voorkomt veel gedoe.

Samen voor ieder kind

Het duurt nog even voor het 2025 is. Ondertussen werken maatschappelijke kinderopvangorganisaties er hard aan om te zorgen dat kinderopvang zo goed mogelijk geregeld is voor alle kinderen! Want alle kinderen hebben recht op een eerlijke start, vinden de maatschappelijke kinderopvangorganisaties. Zij hebben zich in 2016 verenigd in de Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang (BMK). Samen zetten zij zich voor professionele kinderopvang voor alle kinderen en alle ouders zodat kinderen samen opgroeien.

Veelgestelde vragen

Een eerste stap naar (vrijwel) gratis kinderopvang is gezet door het kabinet, maar er moet meer gebeuren vinden maatschappelijke kinderopvangorganisaties. In 2025 start Nederland met vrijwel kosteloze kinderopvang voor kinderen van werkende ouders. En in 2028 kunnen kinderen van (nog) niet werkende ouders gebruik maken van kinderopvang. Die stap in minstens zo noodzakelijk als de stap die in 2025 wordt gezet. Want anders ontstaat een twee-deling tussen kinderen van werkenden en niet werkende ouders. Dat willen we natuurlijk voorkomen.

Daarom is het zo belangrijk dat het kabinet doorpakt en álle kinderen toegang geeft tot kinderopvang. Want dan is kinderopvang een basisvoorziening voor ieder kind; net als het onderwijs. Maar in tegenstelling tot het onderwijs is kinderopvang een recht en geen plicht. Ouders kiezen uiteindelijk wat zij willen voor hun kind.

Als vraag en aanbod niet in evenwicht zijn is het goed mogelijk dat wachtlijsten ontstaan in de kinderopvang. Vooral op de populaire dagen, maandag, dinsdag en donderdag, net als nu. Vanzelfsprekend willen we niet graag dat ouders en kinderen moeten wachten op een plekje in de kinderopvang. We zien liever dat kinderen profiteren van het goede dat kinderopvang hen brengt en dat ouders de handen vrij hebben om te werken. Dat is beter voor iedereen. Maar soms is daar een klein beetje geduld voor nodig.

10 redenen voor gratis kinderopvang

Geen gedoe meer voor ouders

Voor ouders wordt het stukken eenvoudiger

Nederlandse ouders geven niet graag de zorg voor hun kinderen uit handen aan professionals. Dat zit verankerd in onze cultuur. Het typisch Nederlandse kostwinnersmodel was tot in de jaren 90 zelfs vanzelfsprekend. Ondanks de vooruitgang die we geboekt hebben – we kennen inmiddels ook het twee-verdienersmodel – werken relatief veel ouders in deeltijd. M.n. vrouwen; zij werken nog steeds minder dan mannen. Nederland is binnen Europa zelfs kampioen deeltijdwerken! Dit komt mede omdat het combineren van zorg en arbeid niet wordt gefaciliteerd door ons school- en opvangsysteem. Integratie van opvang en scholen is niet door de overheid geregeld. Met veel kunst- en vliegwerk regelen ouders daarom zelf dat kinderen school, kinderopvang en sport of andere clubjes combineren. Bovendien ontstaan hierdoor twee werelden want kinderen van niet-werkende ouders mogen niet na schooltijd samen met hun vriendjes naar de kinderopvang.

Vrijwel gratis kinderopvang is de eerste stap naar een eenvoudig stelsel met goede voorzieningen voor kinderen. Voor ouders veel minder gedoe!

Interessante downloads

  • Artikel in VolkskrantWat kan Zweden ons leren?’

  • Rapport McKinsey (2018): ‘Het Potentieel Pakken’, de waarde van meer gelijkheid tussen mannen en vrouwen op de Nederlandse arbeidsmarkt

  • Kinderopvang en onderwijs samen lost een hoop problemen op. Hart van Nederland bezoekt ‘Speelleercentrum De Wijde Wereld’ in Uden.

Vier voordelen van gratis kinderopvang

  • Het voorschieten van de volledige factuur voor kinderopvang en het terugkrijgen van een deel van dat bedrag (via de Kinderopvang Toeslag) van de Belastingdienst is verleden tijd. Ook hoge terugvorderingen behoren tot het verleden.
  • Vanaf januari 2025 zie je in oogopslag hoe weinig jij maandelijks kwijt bent aan kinderopvang.
  • Omdat kinderopvang vrijwel gratis wordt voor ouders, loont het om meer te gaan werken. Heb jij al berekend hoeveel het jou oplevert als je één dag, of een paar uur, meer gaat werken?
  • Nu ouders vanaf 2025 een kleine eigen bijdrage betalen die voor alle ouders even hoog is, wordt het makkelijker om in de toekomst kinderopvang en onderwijs samen te laten gaan. Als alle kinderen naar de kinderopvang gaan kunnen scholen en kinderopvang veel makkelijker samenwerken, onderwijstijd en opvangtijd door elkaar laten lopen en alle kinderen sport, muziekles en andere mogelijkheden bieden voor talentontwikkeling. Heel goed voor kinderen en voor ouders veel minder gedoe!

Informatie voor organisaties

De koppeling gewekte uren vervalt

Op 1 januari van dit jaar vervalt de koppeling met de gewerkte uren van de ouder. Werkende ouders hebben vanaf dat moment recht op kinderopvangtoeslag, over het aantal maanden dat de minstwerkende ouder werkt. Ook al is dat maar 1 uur per maand. Ouders kunnen maximaal 230 per uur per maand (dus maximaal 12 x 230 = 2.760 uren per jaar) vergoed krijgen. Nu is het aantal uren dat de minstwerkende ouder werkt bepalend voor de hoogte van de kinderopvangtoeslag. Die eis vervalt.
Wat niet verandert is dat de hoogte van de kinderopvangtoeslag afhankelijk blijft van het gezamenlijke inkomen van de ouders.

Voorbeeld; met ingang van 1 januari 2023 kunnen ouders die allebei 1 uur per maand werken, maximaal 230 uur kinderopvang per maand afnemen. Afhankelijk van de hoogte van hun gezamenlijke inkomen betalen zij minimaal 4% van die kosten (of meer). Omdat er een relatie is tussen het aantal uren dat iemand werkt en de hoogte van het inkomen, zullen de meeste ouders alleen kinderopvang afnemen op de dagen dat zij werken.

Wat kun je in 2023 al doen?

In 2023 werkt je de diverse plannen van aanpak uit en doe je verder onderzoek naar de mogelijk vraag en aanbod in 2025. Zo bereiden jullie je goed voor op 2025. Start ook met het werven en opleiden van extra personeel en werken toe naar capaciteitsuitbreiding (o.a. gebouwen, vervoer etc.) en voer het gesprek met gemeenten over ‘flankerend beleid’.

Veelgestelde vragen

Er gaan absoluut een aantal dingen in 2025 anders dan ze op dit moment geregeld zijn. Denk bijvoorbeeld aan de financieringsstromen en de groei in het aantal kinderen dat gebruik zou kunnen maken van de ontwikkelkansen binnen de kinderopvang.

De opvang van een kind start echter altijd met een aanmeldformulier en met een rondleiding op de groep. Dan volgt nog gewoon een plaatsing gesprek met het maken van een contract, want hierin spreken we naast de financiering ook het aantal opvanguren af (dit is dus niet onbeperkt).  Dan start de opvang zoals iedereen die gewend is en volgt er een factuur voor de 5% die ouders zelf moeten bijdragen. Wie die factuur zal toesturen en zorgt voor de inning van dit bedrag is op dit moment nog niet bekend. Op dit moment is men nog bezig met de uitwerking van het coalitieakkoord en de bijhorende wet- en regelgeving. Maar in 2023 en 2024 zal er zeker meer informatie beschikbaar komen.

Denk tot die tijd vooral, we blijven doen waar we al jaren goed in zijn. De grootste verandering in 2025 is wie de kosten van de kinderopvang betaald.

Natuurlijk. Planningsmodules en systemen zijn er bij uitstek om het werk gemakkelijk te maken en de ontwikkelaars en aanbieders van deze systemen zullen er alles aan doen om voor de start in 2025 een prettig werkzaam programma aan te bieden.

Kwaliteit blijft zich ontwikkelen en we gaan uit van een doorgaande stijgende lijn. We verwachten dat de kwaliteitskaders binnen de sector blijven passen bij ambitie die wij hebben om ons te blijven meten met de beste kinderopvang ter wereld.

Wij verwachten van wel. Net als de kinderopvang is ook het toezicht daarop blijvend in ontwikkeling om te voldoen aan de wensen en eisen van de tijd.

Als BMK zijn we al langer bezig met gesprekken over het ‘toezicht van de toekomst’ en we hopen dat dit gelijk met de invoering van gratis kinderopvang een feit kan zijn.

Er zal een zekere vorm van uniformiteit komen binnen de kinderopvang als het gaat om de financieringsstructuren en bedrijfsmatige processen. Denk bijvoorbeeld aan een verbod op winstuitkering aan aandeelhouders.

De pedagogische autonomie van kinderopvangorganisaties zal, wat ons betreft, niet veranderen. Er blijft ruimte voor eigen initiatieven, een eigen beleving in dorp, stad of regio waar je als kinderopvangorganisatie werkzaam bent. De situatie van kinderopvang in 2025 en verder zal lijken op de invulling die scholen nu al hebben. Ook zij bepalen per onderwijsinstelling welke vakken zij geven en hoe zij de inrichting van het schooljaar doen.

Kinderopvang van de toekomst: een maatschappelijk verhaal

Voorstellen van de BMK

Alle kinderen hebben recht op begeleiding door professionals die kinderen stimuleren in hun emotionele, fysieke, sociale en motorische ontwikkeling. Zo ontwikkelen kinderen een positief zelfbeeld, worden zij zich bewust van hun capaciteiten en bouwen ze zelfvertrouwen op. Dit is essentieel voor jonge kinderen. Sterker nog, kinderen die de eerste 1000 dagen van  hun leven geen of te weinig emotionele steun en professionele begeleiding hebben gekregen, lopen een achterstand op waar zij de rest van hun leven nadeel van ondervinden. Zij doen het slechter op school en zijn minder succesvol in hun loopbaan. Kinderopvang biedt ouders de ruimte te werken, maar minsten zo belangrijk is dat kinderopvang  kinderen de kans biedt een stevig fundament te leggen voor hun levenslange ontwikkeling.

Sommige kinderen hebben juist wat extra steun nodig. Daarom vragen gelijke kansen om een ongelijke aanpak. Zo kunnen we alle kinderen zo goed mogelijk voorbereiden op de snel veranderende wereld van morgen.

De beste voorbereiding die we onze kinderen kunnen geven is hen samen op te laten groeien en niet in gescheiden werelden. Zonder onderscheid naar religie, migratieachtergrond of huidkleur; alle kinderen verdienen de beste ontwikkelingskansen. Zo bereiden we hen optimaal voor op de toekomst, op een wereld waarin jonge mensen samenwerken en zich verantwoordelijk  voelen voor elkaar en voor hun omgeving, omzien naar elkaar en zorgen voor elkaar. Zo dragen we bij aan een generatie die uitgerust is met de sociale (interactie) vaardigheden die zij nodig heeft om de uitdagingen van de toekomst aan te kunnen.

Professionele, maatschappelijke kinderopvang kan een wezenlijke bijdrage leveren aan kinderopvang voor álle kinderen. Het kabinet zet met de plannen voor vrijwel gratis kinderopvang voor werkende ouders, een eerste stap naar gelijke kansen voor alle kinderen. Het kabinet erkent hiermee het belang van kinderopvang voor de ontwikkeling van kinderen en de toekomst van Nederland. Een logische volgende stap is om ook kinderen van niet-werkende ouders toegang te geven tot professionele begeleiding door pedagogisch medewerkers, gedurende een aantal dagen per week. Dit kan met ingang van 2028 gerealiseerd worden, zodat Nederland over 20 jaar een generatie rijk is die samen kan groeien, werken en zorgen voor elkaar.

Veel kinderopvangorganisaties zijn zich bewust van hun maatschappelijke taak en zijn voorstander van gratis kinderopvang voor alle kinderen betaald door de overheid. En veel organisaties wachten niet tot de overheid deze stap zet en bieden nu al kosteloos kinderopvang aan aan kinderen die volgens de regels niet in aanmerking komen. Kinderen  die professionele begeleiding hard nodig hebben maar waarvan de ouders het niet kunnen betalen of waarvan de ouders niet werken. Deze organisaties bekostigen dit met inkomsten uit andere vestigingen; dit is maatschappelijke kinderopvang. Kinderopvang die niet wordt ingegeven door winstbejag maar door een maatschappelijk streven. Deze organisaties voelen een verantwoordelijkheid alle kinderen van jongs af aan optimale ontwikkelingskansen te geven. Want investeren in kinderen is investeren in de toekomst van Nederland.

De cruciale rol van de kinderopvang

Kinderopvang vervult een cruciale rol in de ontwikkeling van kinderen. Nu kinderopvang vanaf 2025 nagenoeg gratis wordt voor werkende ouders is de verwachting dat veel meer kinderen van 0 tot en met 12 jaar gebruik gaan maken van de kinderopvang en dat is heel goed nieuws! Maar er moet nog veel meer gebeuren want alle kinderen verdienen gelijke kansen. Maatschappelijke kinderopvangorganisaties voelen die verantwoordelijkheid en streven ernaar om alle kinderen van jongs af aan optimale ontwikkelingskansen te geven. Bovendien, investeren in kinderen is investeren in de toekomst van Nederland.

Personele capaciteit

Kinderopvang kan de groei aan, blijkt uit de cijfers

In 2025 wordt kinderopvang vrijwel gratis voor werkende ouders, en naar verwachting in 2028 zelfs voor alle ouders. Wat betekent dit voor de vraag naar kinderopvang? En kan de kinderopvang de vraag aan?

Als we de verwachte groei van de vraag naar kinderopvang afzetten tegen de jaarlijkse groei die de branche nu al laat zien, blijkt de benodigde aanwas zelfs mee te vallen. Tussen 2022 en 2025 moet de branche 19.000 extra medewerkers aantrekken. Dat is een groei 5,5% per jaar, het groeicijfer van de branche in 2021 was 8,1%. Datzelfde geldt voor de jaren 2025-2030. (Bron FCB)

Geleidelijk groei
Daarbij zal de groeiende vraag geleidelijk plaatsvinden; eerst krijgen in 2025 kinderen van werkende ouders gratis kinderopvang. Pas in 2028 verwachten we de kinderen van niet werkende ouders. En ook zorgt onze Nederlandse cultuur ervoor dat niet alle ouders ineens 5 dagen gaan werken. Op dit moment gaat ongeveer 36% van de nuljarigen naar de kinderopvang, dat percentage zal de eerste jaren niet heel veel veranderen. Daarbij komt dat van de peuters nu al 85% naar de kinderopvang gaat; daar is dus nauwelijks stijging mogelijk.

Grootste stijging bij de Bso
De grootste vraagstijging wordt verwacht bij de Bso omdat nu maar 28% van de schoolgaande kinderen naar de Bso gaat. Kinderopvang en scholen kunnen met een toename van Bso-gebruik een mooi gezamenlijke en geïntegreerd aanbod realiseren voor kinderen. En wordt de Bso een integraal onderdeel van de schooldag. Goed voor kinderen en fijn voor ouders. En het maakt banen voor medewerkers in kinderopvang en onderwijs stukken interessanter!

Groeicapaciteit kinderopvang is groot
Kinderopvang is een ondernemende sector die niet afhankelijk is van steun van de overheid; wij moeten onze broek zelf ophouden. Bij een economische crisis waarin ouders hun baan verliezen, betekent dat krimp voor onze sector. En bij economische vooruitgang kan onze sector heel snel groeien. Dat hebben we in het verleden meermaals laten zien. We zijn zelfs sterker gegroeid dan nu gevraagd wordt voor ‘gratis kinderopvang’, blijkt uit de cijfers. Wij hebben wel voor hetere vuren gestaan.

Voorspelde ingroeipaden zijn realistisch
Uit de cijfers valt af te leiden dat de voorspelde ingroeipaden op basis van de geleverde prestaties van de sector uit het verleden realistisch zijn. Natuurlijk moeten we daarnaast gericht en tijdig actie ondernemen. Ondanks dat de situatie met deze nieuwe ambities echt anders dan in het verleden is, zijn we ervan overtuigd dat het ook nu haalbaar is.

Download Infosheet BMK: ‘Personele capaciteit – Kinderopvang kan de groei aan’ (inclusief de cijfermatige onderbouwing)

De cijfers

  • Aantal medewerkers in de kinderopvang: 111.000;
  • 92% van de medewerkers vindt het werk inhoudelijk leuk;
  • Gemiddeld werkt een medewerker 0,66 FTE, ofwel 24 uur;
  • Kleine contracten, vooral in de BSO;
  • 64% van de vacatures in de kinderopvang is moeilijk vervulbaar.

De branche kinderopvang groeit jaarlijks met 7-9%.

Het Platform Kinderopvang onderzocht hoe de vraag naar medewerkers zal stijgen bij vrijwel gratis kinderopvang (eigen bijdrage van ouders van 5%).

Opvallend is een interessante ontwikkeling, naast de vergrijzing waar we mee te maken hebben. De komende 10 jaar wordt een geboortegolf verwacht. Werden er in 2020 168.000 baby’s geboren, voor 2030 prognosticeert CBS 201.000 baby’s. Een groei van 20 procent!

  • In 2023 zien we voor de geboortegolf, een dip in de groei van het aantal kinderen (meer uitstroom dan instroom). De vraag naar medewerkers neemt af, maar dat herstelt zich in 2024;
  • Vanaf 2024 stijgt de vraag naar medewerkers: in 2025 zijn 130.000 professionals nodig;
  • De benodigde personele groei in 2022-2025 is totaal 19.000 medewerkers, ofwel 6.500 medewerkers per jaar;
  • Dit is een groei 5,5% per jaar, het groeicijfer van de branche in 2021 was 8,1%;
  • Vervolgens stijgt de vraag tussen 2025 en 2030 van 130.000 tot 150.000 medewerkers
    (ofwel: 4000 mensen per jaar);

Geleidelijke stijging
De vraag zal geleidelijk stijgen als gevolg van de gefaseerde aanpak. In 2025 krijgen om te beginnen kinderen van werkende ouders gratis kinderopvang. Pas in 2028 verwachten we de kinderen van niet werkende ouders.

Op dit moment gaat 85% van alle peuters in Nederland al naar (een vorm van) kinderopvang (zie tabel 1). Vanwege dit hoge bereik verwachten we nauwelijks extra peuters vanaf 2025.

Daarnaast zorgt onze Nederlandse cultuur ervoor dat niet alle ouders ineens 5 dagen gaan werken en hun kinderen naar de kinderopvang gaan brengen. Cultuurveranderingen kosten veel tijd. Op dit moment gaat ongeveer 36% van de nuljarigen naar de kinderopvang, dat percentage zal de eerste jaren rond gelijk blijven.

Stijging bij de Bso het hoogst
Gebruik van kinderopvang zal toenemen, er is vooral groeiruimte op de Bso omdat het gebruik daar nu het laagst is (28%).

Er zijn in 2021 1.391.518 basisschoolkinderen, 28% van de kinderen van 4-13 jaar neemt dus deel aan de buitenschoolse opvang. Dat zijn in 2021 394.000 kinderen die naar de Bso gaan. Gemiddeld gaat een kind 1,8 dagen per week naar de Bso, vandaar dat deze kinderen samen 324.300 kindplaatsen in de buitenschoolse opvang bezetten.

  • Crisis 2010–2015: daling van gebruik kinderopvang (ouders verloren hun baan);
  • 2007-2010: groei 0-4-jarigenopvang is 37% en Bso 85% (in 3 jaar):
  • Tussen 2015–2019: groei 0-4-jarigenopvang is 38% en Bso 48% (in 4 jaar);
  • Tabel 2 laat zien dat de gehele sector (met name de dagopvang) nog niet op de omvang van voor de crisis zit (2010).
  • 2007 en 2019: branche laat zien een substantiële groei op te kunnen vangen;

Uit bovenstaande cijfers valt af te leiden dat de voorspelde ingroeipaden op basis van de geleverde prestaties van de sector uit het verleden realistisch zijn. En natuurlijk moeten we daarnaast gericht en tijdig actie ondernemen. Ondanks dat de situatie met deze nieuwe ambities echt anders dan in het verleden is, zijn we ervan overtuigd dat het ook nu haalbaar is. Frictieproblemen zullen ze voordoen maar zijn tijdelijk van aard.

De kinderopvangsector aantrekkelijk blijven houden voor nieuwe instroom door:

  • Duidelijke profilering, voortzetting (of nieuwe) landelijke wervingscampagne(s);
  • Werken aan de cao van de toekomst, passend bij de kinderopvang van de toekomst;
  • Stimuleren van jongeren te gaan werken in de kinderopvangsector, ook mannen;
  • Inzetten op zij-instroom vanuit sport-, cultuur- en natuureducatie;
  • Inzetten op combinatiebanen, samen met het onderwijs;
  • Verhogen van de deeltijdfactor d.m.v. ‘het potentieel pakken’;
  • De BBL regeling 33% veranderen

Veelgestelde vragen

Bij een toename van het gebruik van kinderopvang is natuurlijk meer personeel nodig. Dat lijkt met de huidige krapte op de arbeidsmarkt een onmogelijke opgave maar dat is het niet.

Tussen 2022 en 2025 moet de branche 19.000 nieuwe medewerkers aantrekken. Dat is een groei van 5,5% per jaar. Ter vergelijking; het groeicijfer van de branche was in 2021 zelfs 8,1%!
Tussen 2025 en 2030 zal de vraag stijgen van 130.000 naar totaal 150.000 medewerkers. Dat zijn 4000 nieuwe medewerkers per jaar. Ook dat aantal is haalbaar omdat onze branche nu al ieder jaar gemiddeld met 8% groeit, ofwel ruim 8000 nieuwe medewerkers per jaar.

Bovendien vindt de groei geleidelijk plaats. Meer hierover lees je in de tekst links van deze vraag.

Ieder jaar bekijkt een speciale commissie i.s.m. de vertegenwoordiging van werknemers en werkgevers de z.g. diplomalijst. Bij onze ambitie om de beste kwaliteit te leveren horen ook opleidingsvereisten. Deze wijzigen bijna ieder jaar, maar altijd in een stijgende lijn. Zo is er vanaf 2025 sprake van een taaleis 3F en kan het voorkomen dat een bepaalde (oude) studie of diploma niet meer voldoet aan de eisen die we nu stellen aan een pedagogisch professional. We zullen echter altijd meedenken hoe we de potentiële nieuwe collega d.m.v. een opfriscursus of opleiding snel inzetbaar kunnen hebben.

Handige websites en links

Downloads

Infographic ‘Cijfers kinderopvang professionals’

Bekijk en download | PDF | 277 KB | juni 2021

Infosheet BMK Personele capaciteit: ‘Kinderopvang kan de groei aan’

Bekijk en download | PDF | 872 KB | april 2022

Eindrapport Toekomst van Arbeid – Investeer in mensen

Bekijk en download | PDF | 3,1 MB | juni 2020